Jorien ter Mors is in het Chinese Changchun wereldkampioene sprint geworden en is daarmee de tweede Nederlandse sprintster die daarin slaagt. Marianne Timmer ging haar in 2004 voor. Voor Jorien ter Mors is het toch een mooi schaatsseizoen geworden. Na een moeilijke periode met veel rugklachten, won ze tijdens de Olympische spelen ook al Olympisch goud op de 1000 meter.
In China kende ze een prima toernooi. Werd derde op de eerste vijf honderd meter maar won vervolgens op overtuigende wijze de eerste 1000 meter. Op de tweede dag reed ze een nog betere vijf honderd meter, een tweede plaats, en had nog maar een kleine achterstand op de Japanse Kodaira. Haar vooruitzicht op de titel werd nog rooskleuriger toen Kodaira zich later terug trok wegens ziekte.
In de afsluitende 1000 meter was ze opnieuw oppermachtig en toonde ook nu weer aan niet voor niets de Olympische kampioen te zijn. In een directe confrontatie met de nummer twee, Brittany Bowe, bleef ze de Amerikaanse maar liefst 0,74 seconden voor. De Amerikaanse legde wel beslag op het zilver en het brons ging naar de Rusin Olga Fatkoelina. Marrit leenstra werd vierde en Letitia werd uiteindelijk achtste.
Ter Mors gaf voor de NOS microfoon wel toe dat door het afhaken van Kodaira zij het een stuk gemakkelijker had gekregen, want de kans op de titel was volgens haar, ondanks het verschil gisteren op de 1000 meter, nog niet vanzelfsprekend. “Maar deze titel is wel de slagroom op de taart”. Het lijkt Ter Mors mooi om zich met ingang van het volgende seizoen volledig op het allrounden te richten nu ze gestopt is met het shorttrack.
Foto’s: Jaap Gönning