Spelersprofiel: Sven Weustink
Geboortedatum: 9 juli 1984
Voetbalperiode en positie:
2002 – 2006: Avanti Wilskracht (aanvallende middenvelder)
2006 – 2014: HSC’21 (rechtsback)
2014 – 2015: HHC Hardenberg (links-/ rechtsback)
2015 – 2016: BWO (verdediger)
Wanneer en waarom ben je gestopt?
Ik ben gestopt in 2016 met voetballen op niveau. De laatste drie jaar van mijn carrière viel ik van de ene blessure in de andere. In 2007 heb ik een zware knieblessure opgelopen. Ondanks dat heb ik gelukkig nog heel wat jaren zonder klachten kunnen voetballen. Totdat ik last kreeg van spier- en peesblessures. Het steeds opnieuw moeten herstellen van een blessure, maar vervolgens na een korte tijd weer een nieuwe blessure op te lopen doet je beseffen, dat het tijd is om te stoppen. Mijn gezin, mijn vrouw en twee jonge jongens, speelde daarbij ook een grote rol.
In 2017 ben ik gevraagd door Roel (Pietersen) om te gaan voetballen bij ATC’65 4, iets wat ik gedacht had nooit te doen. Voetballen op een lager niveau, gezien mijn fanatisme; geen geweldige combinatie. Ik speel nu al 6 jaar met veel plezier in dit fraaie (vrienden)team.
Wie was als speler jouw voorbeeld?
Ik had niet specifiek een voorbeeld als voetballer. In mijn jonge jaren waren Ronaldo (R9) en Zidane de spelers van dat moment. Als verdediger kon ik genieten van Fabio Cannavaro, één van de weinige verdedigers die de Ballon d’Or gewonnen heeft. Al moet ik zeggen dat ik als voetballer meer een Cafú was; de hele rechterflank bestrijken.
Je komt uit een echte voetbalfamilie; met je broer Lars, jongere broer Mirko en je vader Chris. Was jij de beste van allemaal?
Klopt, aan tafel ging het maar over één ding: Voetbal! Ik denk dat je met ons alle vier al een stabiele basis had voor een team, met één ieder; andere kwaliteiten. Het is lastig om te bepalen of ik de beste was. Op papier zou je zeggen ‘ja’, aangezien ik de meeste wedstrijden op het hoogste amateurniveau heb gevoetbald, maar Mirko had het meeste talent en was technisch meer begaafd. Lars was qua spelinzicht en conditie de betere. Mijn vader schitterde in zijn passeeracties. Eigenlijk stond er maar één aan de basis van al dit succes en dat was onze moeder. Ze stond altijd voor ons klaar.
Had jij een specialiteit als speler?
Mijn drive. Nooit opgeven en altijd 110% willen geven in een wedstrijd. Met mij als directe tegenstander had je een drukke middag voor de boeg, nu nog steeds trouwens .
Verder ben ik behoorlijk rap, heb ik heel wat sprongkracht en kan ik een aardig balletje koppen.
Waar ben je het meest trots op?
Alle prijzen die ik behaald heb als speler, en dat in verschillende teams. Drie keer achter elkaar kampioen worden met Avanti, van de vierde naar de eerste klasse promoveren. Kampioen van de hoofdklasse en de amateurbeker winnen met HSC. Het behalen van periodetitels met HHC en BWO.
Heb je alles eruit gehaald als voetballer?
Dat is lastig te zeggen. Ik heb jaren in de jeugd van Heracles Almelo gespeeld. Als ik in de A1 was gebleven had ik wellicht de stap naar het professionele voetbal kunnen maken. In de jaren op het hoogste amateurniveau heb ik nooit een kans gehad op een stap hoger. Had ik deze kwaliteiten? Ik denk het wel. Zou ik het fysiek aan hebben gekund? Dat is de vraag, gezien de zware knieblessure op mijn 23e.
Je begon als aanvallende middenvelder bij Avanti Wilskracht en speelde daarna rechtsback bij HSC’21, HHC en BWO. Was die positiewisseling lastig voor je?
Eigenlijk niet. Ik was snel gewend. Ik ben een multifunctionele voetballer en kan op elke positie uit de voeten.
Wat is je mooiste herinnering?
Het eerste jaar in de Topklasse, topscorer zijn als rechtsback bij HSC. Een mooie herinnering, al is de mooiste herinnering de drie kampioenschappen met Avanti. Met allemaal jongens van de club was dit een ongekend succes.
Wat doe je nu en wat zijn je ambities/wensen?
Ik werk al 15 jaar met veel plezier als transportplanner bij het mooie familiebedrijf HST Groep. Verder zijn we druk met de sporten van de familie (voetbal, hockey en golf). Vooral golf is voor ons sinds enkele jaren ‘verslavend’
gebleken. We zijn regelmatig met z’n vieren op de baan te vinden. Het mooie aan deze sport is dat elke slag weer anders is, het niet uitmaakt op welke niveau je speelt en je steeds weer voor een nieuwe uitdaging staat. Speel je een dramatische ronde, dan ligt dat aan niemand anders dan jezelf.
Welke amateur mag in deze column niet ontbreken en waarom niet?
Jongens waar ik mee gevoetbald hebt en nog steeds in een eerste elftal voetballen. Robert Wilens en Daan Akkerman, respectievelijk 39 en 43 jaar, zijn voorbeelden voor vele (amateur)sporters. Wil je op deze leeftijd nog kunnen voetballen, moet je je lichaam naast het voetbal goed onderhouden en dat is mentaal niet makkelijk, aangezien je steeds langzamer hersteld van pijntjes/blessures. Daarnaast zijn deze toppers ook buiten het veld een meerwaarde in elk team. Een vermelding in deze column meer dan waard.
Mooiste herinnering aan een trainer?
In de succestijd bij Avanti gingen we zonder mokken van twee naar drie keer trainen. Iets wat Eric van Zutphen heel natuurlijk voor elkaar heeft gebokst. Elke training was anders en nooit vervelend. Iedereen stond met plezier op het veld. Volgens mij hadden we in 1 jaar een trainingsopkomst van 93%, iets wat vrij uniek is.
Verder kan ik me nog een trainer herinneren die zowel buiten als in het veld ‘aan’ stond. Door de beveiligers van Dorf Münsterland moeten worden weggesleept, omdat hij bovenop de danskooien stond. Mooie dingen waren dat. Ik noem verder geen namen .
Had jij een ritueel voor de wedstrijd en/of een bijnaam?
Nee, ik ben niet bijgelovig en had geen echte bijnaam. Wel kon ik na blessures lang blijven doorlopen met bepaalde hulpmiddelen (liesbroek, patellabandje, tape) omdat het vertrouwelijk aanvoelde.
Wat was je mooiste sportpark?
Ik vond het mooi om te voetballen op sportparken in een bosrijke omgeving. Zo kan ik er wel een aantal noemen, maar de mooiste van allemaal is toch wel sportpark Berg & Bos van AGOVV.
Wat was je mooiste goal?
Eigenlijk heb ik bij de lagere senioren de mooiste doelpunten gemaakt. Waarschijnlijk omdat je dan net wat meer tijd en/of ruimte krijgt. Moet ik er
dan toch één kiezen, dan is het de goal in mijn eerste competitiewedstrijd voor BWO. Opkomend van de middellijn neem ik de bal twee keer mee met de hak en pegel hem vervolgens van een meter of 25 stijf in de kruising. In de derde minuut geloof ik, dat was nog eens een lekkere start van de competitie.
Waar moet een goede aanvaller in jouw ogen aan voldoen?
Hij moet een snelle en goede passeeractie hebben, technisch begaafd en doelgericht zijn. Ik heb jarenlang veel moeite gehad met een speler van de Treffers, een irritant goede buitenspeler.
Wat is het grootste verschil tussen het voetbal in jouw tijd en de huidige generatie?
Dit is voor mij nog niet heel lang geleden maar ik heb het idee dat de huidige generatie fysiek wat sterker is. Het spel lijkt wat sneller te gaan, al gaat dat wel vaak ten koste van de zorgvuldigheid. En deze generatie lijkt wat technisch begaafder te zijn. Voetballen leren door filmpjes kijken op YouTube. Zo ben ik niet opgegroeid; wij speelden altijd op straat of op veldjes in de wijk.
Wat is jouw advies aan de talenten van nu?
Genoeg, maar het is al zo’n lange column dus ik houd het ‘kort’. Het gras is bij de buren (vaak) niet groener. Probeer op jonge leeftijd zoveel mogelijk te spelen, daar word je beter van. Haal er alles uit wat erin zit maar heb geduld. Train op je functionele techniek; je balaanname, je passing, je dribbel, je schot en je balgevoel in het algemeen.
Eigenlijk is plezier het allerbelangrijkste! We zijn allemaal begonnen met voetballen omdat het je hobby was en dat moet altijd zo blijven.
Moet de VAR ook zijn intrede maken in het amateurvoetbal?
Nee, verspilling van geld en zuivere drinktijd .
Heb je ergens spijt van?
Nee, eigenlijk niet.
Wil je nog iets kwijt?
Het PTP/Future toernooi was een succes. Zeker voor herhaling vatbaar!