Paul Krabbe: “Ik heb bij FC Emmen mijn mooiste periode uit mijn trainerschap gehad

In verschillende gesprekken van spelers met Rob Hoekschop werd bij de trainersvraag vaak de naam van Paul Krabbe genoemd, maar dan wel in positieve zin. Dat moet je toch veel voldoening geven of niet Paul?

Erkenning van dat soort spelers is na al die jaren fantastisch. Het kwam bij mij altijd uit mijn hart, ik speelde geen toneel maar zei altijd glashelder wat ik er van vond. Geen mooie praatjes maar vervolgens altijd weer aan de slag om de speler(s) en het team beter te maken en altijd als uitgangspunt bij elke club “goed verzorgd en aanvallend voetballen”.

Jouw voetballoopbaan begon bij KVV Losser. Op 16- jarige leeftijd werd je ingelijfd, door FC Twente. Was je echt zo’n talent waar geen enkele scout omheen kon?

Ik speelde al zo’n drie jaar in de TVB-selectie met Arend van der Wel als trainer. In 1973 ging FC Twente met een veredeld jeugdteam starten en ging ik daar naar toe.

Je hebt vijf seizoenen gespeeld bij FC Twente en vertrok daarna naar streekgenoot Heracles Almelo. Spijt van deze overgang gehad?

Eigenlijk zou ik naar Fortuna Sittard gaan maar ik raakte zwaar geblesseerd aan mijn hoofd (zware hersenkneuzing). Fortuna ging niet door en toen werd ik uitgeleend aan Heracles.

Maar in het tweede seizoen bij Heracles stopte de carrière als profvoetballer. Dat moet een enorme domper zijn geweest.

Ik raakte bij Twente in mei 1978 geblesseerd in een oefenduel in Duitsland en heb daar wekenlang in een ziekenhuis gelegen. Na die zomer ben ik met die hoofdblessure naar Heracles gegaan en ben eigenlijk daar nooit “fit” geweest. Je ziet het aankomen dat het zo niet verder door kon gaan. Dan ben je 22 jaar en dan moet je wat anders gaan doen.

Maar vertel eerst eens even wie Paul Krabbe is en wat hij zoal doet en gedaan heeft.

Ik ben werkzaam op het gebied van personeel en arbeid. Heb opleidingen gevolgd en afgerond op het gebied van human resource management en arbeidsdeskundigheid. Ik werk veel met het aantrekken, ontwikkelen en verder begeleiden van ‘doelgroepers’ bij Onderhoud Enschede bv. Ik heb voetbal altijd gecombineerd met een baan in het dagelijkse leven behalve dan bij FC Zwolle en FC Emmen.

Je ging weer terug naar jouw KVV Losser, trapte nog een seizoen tegen een balletje als speler en werd jeugdtrainer bij deze club.

Ze vroegen mij of ik bij KVV wilde gaan spelen. Heb dat gedaan 1 seizoen en trainde daar ook de B-jeugd met veel plezier. Ik wist ik dat ik als trainer verder wilde en ben vervolgens gestart met de KNVB-eerste van de vijf opleidingen van voetbaloefenmeester. Ik werd trainer bij sv PJ in Losser in de laagste klasse van het amateurvoetbal. Een prachtige tijd heb ik daar beleefd. Dus ik was al trainer en begon toen met de cursus “algemene basis opleiding” (abo) en daarna door naar de opleidingen “KNVB oefenmeester 3′, vervolgens oefenmeester 2 en tenslotte oefenmeester 1. Vier jaar achter elkaar 1 of 2 dagen in de week die opleiding volgen.

Dit smaakte schijnbaar naar meer want je volgde diverse trainersopleidingen en na het behalen van je oefenmeester- 1 diploma ging je na drie jaar aan de slag als hoofdtrainer bij Hoofdklasser sc Enchede. Voor beiden een enorme uitdaging denk ik zo.

Ik was bij sc Enschede trainer van de A1 en we speelden op landelijk niveau. Dat was prachtig werk. Iedereen bij de club werkte met volle overgave in de uitstekende jeugdopleiding van Sc Enschede. Toen Dick Reekers weg ging bij het 1ste elftal kwam ik in beeld. Niet iedereen zag dat zitten want het 1-ste elftal was een topteam in het Nederlands amateurvoetbal.

Niet bang om af te gaan?

Er gingen toen veel spelers weg (de zuigkracht van het Duitse amateurvoetbal en de bijbehorende financiële vergoeding) leidde ertoe dat we jonge spelers van het tweede konden en moesten laten doorstromen naar het 1-ste elftal en die konden met de overgebleven ’toppers’ Pasveer, Harleman, Gerald Broek, Bert Jan Janssen en John ter Mors spelen op het hoogste amateurniveau.

We werden, na een zeer zwakke start, uiteindelijk tweede achter de latere landskampioen bij de amateurs De Treffers.

Daarna volgden KVV Losser, Quick’20 en HSC’21 waarmee je zelf landskampioen werd. De kers op de taart?

HSC ’21 was een fantastische tijd waar het altijd ‘vol op de aanval’ was en we altijd scoorden. Wat dacht je van: Ensink, Marshall, Steggink, Dikken, Erwin Mossel, Gielink, Visser, Bloeming, Elsweijer, Erwin Nijhuis, Sepp, Looms, Klesc, Vaneker, Charnotski. pfff wat een team- en een fighting spirit, volop geaccepteerd binnen de hele club. Prachtig om met die spelers te mogen werken. Ook hier klikte het met iedereen: spelers, begeleidingsteam, bestuur, supporters en sponsors. Je wilde daar na een training alweer dat het morgen weer ‘ zondag’ was. Presteren en plezier.

In het seizoen 2001/2002 maakte je de overstap naar het profvoetbal bij PEC Zwolle, maar niet voor lang niet. Waarom niet?

Met een relatief “oude elftal” werden we kampioen van de 1ste divisie. Niet de beste elf (dat was Excelsior) of de beste selectie (dat was RBC) maar het beste team won de titel in de eerste divisie. De titel werd behaald toen we in de winterstop afscheid hadden genomen van aanvoerder Claus Boekweg (foto) en ons ‘versterkten’ met Rahim Ouedraogo (gelend van FC Twente) en Michel Doesburg (gestopt bij het Schotse Dunferline) en we de derde en vierde periode wonnen.

Ik vond en wilde dat er wat veranderingen doorgevoerd moest en worden zoals: Harry Sinkgraven als eerste full time assistent voor de 1ste selectie en voor Gerard Nijkamp een andere assistent want Nijkamp was ook nog coach van het tweede en hoofd opleidingen en was niet loyaal maar was wel een vriendje van enkele bestuursleden, een nieuwe bekwamere doelman en voor elke linie een speler erbij. Maar dat ging niet door. De spelers gaven aan dat er een ervaren ere-divisie trainer bij moest komen maar dat wilde ik zo niet. Heb toenmalige directeur Jan Reker van de Coaches Betaald Voetbal gebeld en zo heeft deze situatie tot een breuk geleid met de club die overigens zeer slecht is gecommuniceerd naar buiten toe.

Je begon aan een maatschappelijke carrière als accountmanager, maar je kon schijnbaar toch ook niet zonder het groene gras.

De verenigingen STEVO, Sportclub Enschede en HSC ’21 kwamen voorbij met bij elke club een hoogtepunt. Bij Stevo promoveerden we via de na-competitie naar de hoofdklasse, met SC Enschede wonnen we 3 periode-titels en dus ook het kampioenschap in de 1e klasse en de laatste periode bij HSC 21 was ook mooi. Heb samen met de TC een nieuw en zeer jong team geformeerd en daarna met mooi combinatiespel “frank en vrij” gevoetbald in de topklasse van de zondag amateurs. Ik vond ons toen, samen met het ervaren Achilles ’29, de best voetballende zondagploeg in die Topklasse. Het maakte me niet uit of we tweede of achtste werden.

Ik ben ook nog een 1/2 jaar trainer-coach geweest bij FC Emmen. In november 2009 ben ik daar ingestapt nadat men naar plaats 18 was afgegleden. Ik nam ‘onbetaald verlof’ bij mijn werkgever en na twee maanden klauterden we langzaam op naar plaats 11 met bijna een periode op zak (doelsaldo was minder). Mijn contract zou verlengd worden als we bij de eerste zeven waren geëindigd of periode kampioen waren geworden. Dat is niet gelukt vond ik ook niet erg maar ik heb bij FC Emmen mijn mooiste periode uit mijn trainerschap gehad.

Na SVZW in Wierden heb je een paar jaar niets gedaan en plotseling keer je voor de vijfde keer terug bij sc Enschede. Waarom?

Sc Enschede was inmiddels, in nog geen tien jaar tijd, afgegleden naar de 4de klasse. Het verval was op alle fronten ingezet. Bestuurlijk gezien was het een chaos maar Jaap Uilenberg benaderde mij en vroeg of ik kon helpen. Ik had er eigenlijk geen trek in ook omdat ik samen met Leo en Richard de Boer en Bob Helle op zondagmorgen de voetbalschool van Sportclub verzorgde. Dat was leuk en sloeg goed aan.

Nadat ook Marcel Wolters en Rene Jansen aangaven om weer wat te willen doen heb ik gezegd dat ik met hun beide weer het 1ste elftal wilde oppakken. We hebben met ons drieën twee jaar lang ziel en zaligheid erin gelegd maar het was ’trekken aan een dood paard’.

Iedereen dacht dat 2017/2018 einde oefening was, maar nu begin je alweer aan je tweede seizoen bij FC Suryoye/Mediterraneo. Wat sprak je aan om bij deze club weer aan het werk te gaan en wat is je drijfveer om toch weer steeds het veld op te gaan?

Ik heb een periode niet getraind en ik werd daar ziek van, was onrustig, kwam in het “zwarte gat”, miste het voetbal, de spanning.

Ik wil gewoon als trainer werken, trainingen doen en helpen in het teamproces. Eigenlijk het liefst als assistent want ik hoef op het lagere amateurniveau niet meer met de ‘kop in de wind” vooraan te staan als eerst verantwoordelijke. FC Suryoye is een kleine maar wel intensieve en enthousiaste club. Ook hier is er wel het nodige verloop. Er moet ook hier nog wel wat gebeuren en daar wil ik de club graag bij helpen.

Begeleiden van aankomend trainerstalent lijkt je dat niets?

Spelers vertelden ook dat je naast trainer ook sociaal/maatschappelijk zeer betrokken bent bij jouw selectie, maar ook individueel. Heeft deze opstelling geholpen dat je overal met opgeheven hoofd afscheid kon nemen?

De mens achter de speler is voor mij net zo veel waard als de voetballer. Betrokken zijn bij ‘lief en leed’ van de spelers heb ik hoog in het vaandel staan. Zo ben ik in mijn dagelijkse job ook wel.

Bij SVZW heb ik als enige club, niet met opgeheven hoofd afscheid genomen. Jammer, hier werd ik ontslagen. Maar dat hoort er ook bij. In mijn contract stond dat ze me bij een ontslag niet volledig hoefden uit te betalen. Ik durfde die passage wel op te nemen in het contract want ik dacht ‘dat overkomt mij niet’. Dus ook niet verder zeuren. De selectie was niet in balans, de ‘werkpaardjes’ voelden zich ‘raspaardjes’. Heb ik als trainer-coach niet goed gestuurd en gemanaged. Daarnaast liepen er een paar ‘mannetjes’ om de selectie heen die zich belangrijker voordeden dan dat ze waren. Heb trouwens met plezier bij SVZW gewerkt en samen met Freddy en Karin Nijhof een geweldig G-team opgestart, waar ik ook trainer van was. Machtig werk.

Wat kenmerkt jouw als trainer, met andere woorden, wat zijn je plus en misschien ook wel min punten?

Heb twee keer stage gelopen bij Fritz Korbach en hij heeft veel voor mij betekent. Niet dat ik het altijd eens was met Fritz over zijn opvattingen en tactische ingrepen maar hij gaf iedereen veel vertrouwen en dat doe ik ook naar mijn spelers. Fritz werd een echte huisvriend van mij. Hij heeft mij geleerd om: duidelijkheid te zijn en aandacht te geven aan de mensen met wie je werkt.

En er voor de spelers te zijn ‘die er echt voor willen gaan’. Of het nou mijn beste speler is of de nummer 20. De spelers moet je niet over één kam scheren. Ik probeer de spelers te kneden en wil ze weten te ‘pakken’ zodat ze voelen dat ik in hun geloof. Ook ben ik een trainer die alles in voetbal vormen doet, ben op de hoogte van nieuwe methodieken en ontwikkelingen en pas die toe als het ons beter maakt maar vaak is het ‘oude wijn in nieuwe zakken’ wat sommige met name jonge trainers verkondigen. Ik hou niet van teveel poespas en sta liever met de poten in de klei. Een trainer die 24 uur en 7dagen in de week er is.

Een min punt is dat ik me teveel hecht als ik ergens ben en dan vaak voor een habbekrats mijn trainerschap bij de club verleng. Kan vaak moeilijk afscheid nemen. Ben 13 jaar bij SC Enschede geweest en 8 jaar bij HSC ’21. Had vaak last van ‘heimwee’.

Jan Streuer een goede keus van FC Twente, c.q. Ron Jans?

Van Streuer verwacht ik wel het een en ander. Hij past uitstekend bij de oorspronkelijke grondgedachte van FC Twente en kent de voetbalvisie die bij FC Twente is geïntroduceerd door Kees Rijvers (de beste en belangrijkste trainer bij FC Twente ooit) en decennia lang de basis is geweest voor de voetbalcultuur van FC Twente. Daar was niks mis mee, integendeel.

Ga ervan uit dat Jan Streuer naast ervaring dus ook jonge, talentvolle spelers gaat binnenhalen die verder ontwikkeld moeten worden zoals dat ook destijds door Rijvers is gedaan. Technisch voetbal is van alle tijd en zal het ook uiteindelijk altijd winnen. Als dat niet zo zou zijn dan had Streuer wel voor de Duitse trainer Zorniger gekozen. Was ook niet verkeerd geweest, Zorniger met zijn Red Bull filosofie en uitvoering. Het geweldige Twentse publiek (beste van Nederland) op de tribunes is de laatste acht jaar niet echt verwend geweest met een attractieve speelstijl. Had met Zorniger waarschijnlijk wel gekund.

Ron Jans heeft overal wel een mening over en die zal het nu, net als elke andere trainer bij FC Twente, moeten laten zien waarbij hij natuurlijk wel afhankelijk is van het materiaal wat hij tot zijn beschikking krijgt.

 

Je bent nu bijna 64 jaar, hoe lang denk je nog door te gaan?

Zolang ik er plezier in heb en gezond blijf, misschien wel tot mijn 70-ste zoals Dick Advocaat.

Nog een ultieme wens in deze onzekere tijd?

Een vaccin vinden tegen COVID-19.

Foto’s archief: sportfoto-oost.nl

Newsoutside Sportverlichting PBSoccer